Syriëganger Hasna A. moet tien jaar cel in omdat ze vrouw als slavin liet werken
SYRIE – Syriëganger Hasna A. is dinsdag veroordeeld tot tien jaar gevangenisstraf vanwege misdrijven tegen de jezidibevolking in dat land. De rechter acht bewezen dat zij tijdens haar verblijf in het gebied van Islamitische Staat (IS) een jezidivrouw als slavin liet werken. De vrouw werd veroordeeld voor het als slaaf laten werken van een vrouw uit de jezidigemeenschap in Syrië in 2015, lidmaatschap van terreurorganisatie IS, het bevorderen van terroristische misdrijven en het in gevaar brengen van haar minderjarige zoon.
De vrouw uit Hengelo reisde in dat jaar naar Syrië om zich aan te sluiten bij IS, samen met haar toen vierjarige zoontje. Volgens justitie liet A. twee jezidivrouwen die als slaaf voor IS werkten vele uren per dag schoonmaken, koken of zorgen voor haar zoon. A. ontkent dat. Wel gaf ze toe dat ze wist dat een van de vrouwen tegen haar wil werd vastgehouden, maar dat ze niets deed met die kennis.
Een jezidivrouw getuigde in oktober in de rechtbank. Ze verklaarde dat ze door A. werd verplicht te bidden en dat ze A. meermaals smeekte om haar te helpen haar kinderen te vinden, die door IS waren meegenomen. A. reageerde daar niet op.
De opgelegde celstraf is hoger dan de acht jaar die was geëist door het Openbaar Ministerie. Volgens de rechtbank is er onvoldoende bewijs voor slavernij in de zaak van het tweede slachtoffer. Maar de rechtbank noemde slavernij in het vonnis “een buitengewoon ernstig feit dat een gevangenisstraf van meerdere jaren rechtvaardigt”. Het is de eerste keer dat in Nederland misdaden tegen de jezidi’s in Syrië zijn bestraft. De jezidi’s vormen een religieuze en etnische Koerdische minderheid die door IS zwaar wordt vervolgd. A. behoort tot de groep van twaalf vrouwen die de Nederlandse regering in 2022 terughaalde uit een gevangenkamp in Syrië. De vrouwen werden na aankomst aangehouden op verdenking van terroristische misdrijven en lidmaatschap van IS. (NU)