PARAMARIBO – De minister van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur, Henry Ori, had het bij de lancering van de 3 beleidsdocumenten erover dat aan het begin van zijn termijn hij is gaan kijken hoe je koers kan zetten binnen het onderwijs. Zo was er een onderwijscongres in oktober en hij was zeer tevreden over de optimale participatie van de stakeholders. Een ministerie moet een plan hebben om te weten welke koers het gaat uitzetten, welke richting het op wil gaan, een beleidsvisie voor de toekomst. Het zwaarst is de lopende onderwijsvernieuwing. Er is gewerkt aan leermateriaal en verder zijn er een heleboel scholen gerenoveerd. We willen drie strategische doelen bereiken, namelijk Engels als tweede taal te stimuleren, connectivity en distant learning en ontwikkeling in beroepsonderwijs. Vernieuwingen zijn niet eenvoudig, onderwijs openhouden terwijl we aan het verbouwen zijn.
De minister geeft verder aan dat zijn ministerie de verantwoordelijkheid moet nemen als beleidscentrum, coalitie en regering om toch sturing te geven aan vernieuwingen. Daarom willen we het beleidscentrum zodanig inrichten dat je leiding kan geven aan die vernieuwing.
Als ministerie gaat de toekomst in kaart worden gebracht, het positieve eruit gehaald moeten worden, want er moet opgehouden worden met negativiteit en naar de toekomst gekeken worden. Er moet ook aandacht worden geschonken aan de zware clusterleerlingen, leerkrachten en docenten, de leeromgeving, faciliteiten, ICT en binnenland.
Je moet weten waar je naartoe gaat en welke actie en interventie ondernomen moeten worden. Er zijn issues hieromtrent en dit heeft te maken met het financiële plan en we moeten met de Raad van Ministers en parlementariërs gaan kijken welke prioriteiten we gaan stellen en welke keuzes we moeten maken. Er moet geïnvesteerd worden in ons onderwijssysteem.
President Chandrikapersad Santokhi, die ook aanwezig was, vertelde dat het onderwijs onze kinderen vleugels geeft om hun dromen waar te maken en om te groeien. We hebben de afgelopen jaren goede stappen gezet en toegang tot onderwijs uitgebreid, de kwaliteit verbeterd en de leeromgevingen vernieuwd. Maar we zijn er nog niet. “We moeten in onze jeugd blijven investeren en streven naar inclusiviteit, een kwalitatief hoog onderwijssysteem. Elk kind in Suriname verdient de kans om zijn of haar potentieel te bereiken. Onderwijs is de sleutel om dat potentieel uit de economische uitdaging te komen”, gaf het staatshoofd aan.
Het is nu een nieuw tijdperk van transformatie en vernieuwing, gigantische ontwikkelingen.
Het nationaal onderwijsbeleid van Suriname is onze rode kaart naar de toekomst. Inclusiviteit, culturele relevantie en innovatie zijn slechts een visie voor een onderwijssysteem dat onze jongeren inspireert en uitdaagt om naar succes te streven. Dit beleidsplan is resultaat van een diepgaand proces en dialoog vastgesteld in drie fundamentele documenten die de basis vormen voor onderwijsvernieuwing en we verwelkomen als regering het verslag van het onderwijscongres. Het beleidsdocument biedt een diepgaande analyse van de huidige staat van ons onderwijs. Deze visie van transformatie zullen we ook moeten verankeren in de wet op basisonderwijs, onderwijstoezicht en leerplicht. Deze wetten zullen voor een solide basis zorgen voor onderwijsvernieuwingen.
Dit gaat zo snel mogelijk vertaald moeten worden in eenvoudige taal, waardoor de gewone burger ook deelgenoot kan zijn van dit groot transformatieproces en die een wezenlijke bijdrage daarbij kan leveren. Door deze wetten kan de jeugd haar dromen waarmaken en een betere toekomst creëren.
Er moet veel verder worden gekeken naar de cijfers en examens en een holistische aanpak en volledige aanpak van het kind bevorderen, intellectueel, emotioneel en fysiek. Er moet een leeromgeving worden gecreëerd die creativiteit stimuleert. Kwaliteit is geen luxe. Er moet verder ook worden geïnvesteerd in leerkrachten door ze tools en trainingen te geven die ze nodig hebben om te excelleren. Scholen moeten veilige, stimulerende en inspirerende plaatsen zijn waar de kinderen en leerkrachten graag naartoe gaan.
Elk kind, ongeacht zijn of haar achtergrond verdient een eerlijke kans om te slagen. We moeten de barrières die de kinderen ervan weerhouden om volledig potentieel te bereiken wegnemen en streven naar een onderwijssysteem dat de diversiteit bevordert, aldus het staatshoofd. …[+]
