NICKERIE – Padieboeren hebben wederom een brief geschreven aan de president, waarin zij aandacht vragen voor een aantal zaken. De belangengroep Padieverbouwers Nickerie had op 31 augustus een brief voor de president in het partijgebouw van de VHP te Nickerie afgegeven, met het verzoek de uitbetaling van de compensatiegelden tegen eind september te laten plaatsvinden, waarbij een kost-prijscalculatie van de padieboeren bijgevoegd was.

Ook is in de brief aandacht gevraagd  voor de lage padieprijs die de pelmolenaars hanteren. Echter, toe nu toe hebben de boeren geen antwoord van de president gekregen, waardoor zij ervan uitgaan dat de president geen aandacht heeft voor hen. De boeren geven aan dat zij aan het begin van het oogstseizoen bijna aan de piek van de oogstperiode zijn, en steeds wordt de lage prijs van SRD425 tot SRD450 per baal padie gehanteerd en door sommige pelmolenaars is er nog geen prijs vastgesteld. De boeren vragen de president zo spoedig mogelijk  in overleg te treden met de pelmolenaars om een gunstige prijs vast te laten stellen, conform de kostprijscalculatie ingediend door de belangengroep. Vervolgens vragen zij om de schadecompensatie conform de onderhandeling en voorstellen van dins-dag 27 augustus op het Kabinet van de President, vanaf eind september uit te betalen. Aangezien sep-tember een maand van hoge uitgaven per gezin is: er moeten inschrijfgelden betaald worden en ook schoolspullen dienen aangeschaft te worden.

De boeren hebben verder aangegeven dat het gebleken is dat er heel veel kunstmest onrechtmatig verdeeld is en nog steeds verdeeld wordt. Er was aangegeven dat degenen die kunstmest hebben gehad niet in aanmerking zouden komen voor een compensatie, maar dat er verrekend zou worden. Maar dit is nu heel moeilijk terug te vorderen, omdat alles zo chaotisch en onoverzichtelijk verloopt. De boeren vragen dat nu aan alle rijstboeren, naast de schadevergoeding in contanten, ook drie  zak-ken kunstmest wordt verstrekt. Dit kan ook volgend seizoen gebeuren, aangezien een grote groep de kunstmest nu niet nodig heeft. De boeren krijgen maar geen antwoord van de regering. Zij zijn nog steeds ontevreden omdat de president had aangekondigd dat iedereen geld zou krijgen en geen kunstmest. LVV verdeelt nu kunstmest. Daarnaast wil de president de gemaakte afspraken nog niet zwart op wit stellen…[+]

Wijst haar aan als veroorzaker huidige ellende

WANICA – De VHP toont weinig vertrouwen in de ‘goede boodschap’ die NDP-voorzitter Jennifer Geerlings-Simons tijdens haar kennismakingsrondes meebrengt naar de verschillende wijken. Asis-kumar Gajadien, fractieleider van de partij in De Nationale Assemblee, waarschuwt de achterban in Wanica tegen de beloftes van de oppositie. Hij zegt juist dat de huidige uitdagingen in het land te wijten zijn aan de nalatenschap van de vorige regering.

“Alle achteruitgangen die wij gekend hebben in onze politieke historie, het zijn juist die mensen die tegenwoordig zeggen hoe geweldig ze het gaan doen”, vindt Gajadien. Hij noemde de naam van de NDP niet expliciet, maar het was duidelijk dat hij het over die oppositiepartij had. Hij bekritiseerde de huidige campagne van de NDP, waarbij zij door het land trekt om te wijzen op de tekortkomingen van de regering. Volgens de VHP-fractieleider is deze regering juist bezig met het opruimen van de problemen die de NDP-regering heeft achtergelaten.

Gajadien deelde zijn toehoorders mee dat de VHP een duidelijke toewijding heeft aan het realiseren van duurzame ontwikkeling voor de samenleving. “Wij zorgen ervoor dat we ontwikkeling brengen. Niet een situatie waarin je leeft met onzekerheden over de wisselkoers of de prijzen in de winkels, of waar ouders zich afvragen of hun kinderen morgen nog naar school kunnen”, aldus de VHP-topman.

Tijdens zijn toespraak haalde Gajadien ook uit naar andere politieke partijen. “Bedrijven investeren niet in een land waar er politieke onzekerheid is; waar leiders op het podium springen en geld verdelen. Waar leiders gezocht worden, en partijen bij voorbaat gratie beloven aan veroordeelde lei-ders als ze winnen. Dit is niet het soort zekerheid dat buitenlandse investeerders willen.”

PARAMARIBO – Terwijl in Guyana, bij de multinationals de oliedollars binnenstromen, merkt het volk daarvan weinig. Zo heeft ExxonMobil Guyana Limited (EMGL) nog eens 19 miljard dollar aan ontwikkelingskosten toegevoegd, die het land aan het bedrijf moet terugbetalen. De oppositie, met name de People’s National Congress Reform (PNCR), roept de regering op om uit te leggen hoe het Guyanese volk de komende jaren iets zal merken van de olie-inkomsten.

De inkomsten uit met name het Stabroek Block worden door de maatschappijen rustig achtergehou-den, om nieuwe investeringen te plegen in Yellowtail, Uaru en Whiptail. Dit zijn respectievelijk Exxons vierde, vijfde en zesde project. Alleen al in de eerste helft van dit jaar hebben Exxon en partners 8,5 miljard dollar uit het Stabroek Block gehaald. Alleen al voor het terugverdienen van de kosten werd maar liefst 7,5 miljard dollar afgetrokken, terwijl de partners ongeveer 1 miljard dollar winst maakten. Ondertussen ontving Guyana in dezelfde periode 1,2 miljard dollar, volgens het halfjaarlijkse rapport van de regering. Laatstgenoemde gaat niet in tegen het spelletje en heeft juist meer nieuwe investe-ringsprojecten goedgekeurd, wat niet alleen de kosten opdrijft, maar ook het ontvangen van winsten voor het land vertraagt.

Volgens de Petroleumovereenkomst van 2016 kunnen de partners van het Stabroek Block tot 75% van de maandelijkse productie aftrekken, om de gedane investeringen terug te verdienen. Deze voor-waarde blijft gelden totdat de kosten van de oliemaatschappijen volledig zijn vergoed. In de tussentijd zal Guyana 12,5% winst en een schamele 2% royalty’s blijven ontvangen.

Een voormalig topper van  British Petroleum (BP) Trinidad & Tobago, Kuarlal Rampersad,  waarschuwt Guyana dat het beheer van de aardolie-industrie van een land mag niet mag worden toevertrouwd aan een minister. Rampersad, die ruim drie jaar voor BP heeft gewerkt, zegt dat het noodzakelijk is dat de olie- en gassector wordt beheerd door experts, in plaats van wat hij omschrijft als politieke vriendjes…[+]

PARAMARIBO – Na maanden van geklaag over de hoge stroomtarieven lijkt het erop dat de regering bereid is wat te doen aan de tarieven. Volgens president Chandrikapersad Santokhi kan de samenleving komende maand een verlaging van de energietarieven verwachten.

Het staatshoofd zegt dat in het weekend overeenstemming is bereikt met diverse vakbonden die zich verenigd hebben onder Ravaksur. In de afgelopen maanden hebben vakbonden op verschillende momenten fel geprotesteerd tegen de verhoging van de stroomtarieven, wat in fases gebeurt. Zo hadden bonden van onder andere C-47 begin mei hun leden opgeroepen thuis te blijven en niet te verschijnen op het werk. Dit als vorm van protest tegen de verhoogde stroomtarieven.

“Wij hebben belangrijke stappen gezet om tot betaalbare energietarieven te komen, zoals verzocht door de vakbonden. Ik ben zeer tevreden met de overeenstemming die we hebben bereikt, waarbij de energietarieven voor de samenleving enigszins verlaagd zullen worden voor de komende maand. We hebben afgesproken dat de tarieven elke maand opnieuw zullen worden beoordeeld, waarbij rekening wordt gehouden met de wisselkoers, de brandstofprijzen en de energiemix. Ik ben ervan overtuigd dat dit akkoord een bel-angrijke stap is in het bieden van verlichting aan onze burgers, terwijl we tegelijkertijd zorgen voor een duurzaam en verantwoord energiebeleid”, reageert het staatshoofd. Volgens de president moet er vandaag meer duidelijkheid gegeven worden aan de samenleving over de verschillende tariefgroepen…[+]

PARAMARIBO – Granman Simeon Glunder van de Aluku-stam zegt aan Times of Suriname, dat hij het erg vindt dat hij en zijn mensen op een ernstige wijze zijn geschoffeerd door de organisatie die staat achter het onthullen van het monument van Boni op 20 september.

“De mensen hebben zich niet aan de afspraken gehouden en ons ook niet gekend bij het nemen van zulke verregaande beslissingen. Ze hebben alles van tevoren bepaald, ondanks dat aan hen is gezegd dat zij ons erbij moeten betrekken. Wij zijn het niet eens met de locatie waar het monument zal worden geplaatst, de wijze waarop het monument is opgezet en ook niet met de wijze waarop de onthulling wordt doorgedrukt door de organisatie zonder dat wij gekend zijn in het geheel”, zegt Glunder.

Glunder zegt aan de krant dat de initiatiefnemers die staan achter het onthullen van een monument te Fort Boekoe, enkele weken terug zijn afgereisd naar zijn gebied om met hem te praten over de onthulling van het monument van Boni. “Zij hebben ons verteld wat de intentie is achter het opzetten van het monument van Boni, ons ook laten zien hoe het monument ongeveer eruit zal zien en ons ook uitgelegd de locatie die zij hebben gekozen voor de onthulling. Wij hebben hen toen uitgelegd waarom de locatie die is uitgekozen niet de juiste is om het monument te plaatsen en waarom wij liever willen dat het monument wordt geplaatst in het gebied dichterbij het gebied van de Boekoekreek. Als dat niet mogelijk is, dan kiezen wij er eerder voor dat het monument op een centrale plek komt te staan,  zoals de hoofdstad Paramaribo, en  het  makkelijker toegankelijk is voor het publiek om het te bezichtigen. Boni is een belangrijk deel van de geschiedenis van de marrons en als vooral de jongeren makkelijker het monument kunnen bekijken, is dat beter dan het monument te plaatsen in een gebied dat moeilijk te bereiken is. De mensen zouden met ons terugkoppelen, maar hebben na hun bezoek niets meer van zich laten horen. Wat schetst mijn verbazing als ik hoor dat de onthulling op 20 september plaatsvindt en dat zogenaamd wij zijn uitgenodigd daarvoor. Ik als granman van de Aluku-stam zal het niet toelaten dat wij op deze wijze zijn behandeld”, zegt Glunder.

Hij ziet graag dat de onthulling van het monument van Boni dat niet zijn goedkeuring draagt, wordt stopgezet en dat de initiatief nemende organisatie alsnog van gedachten verandert. Ook ziet granman Glunder graag dat de regering hierin niet participeert en de activiteit stopzet. “Boni is te belangrijk voor de geschiedenis van Suriname om op deze wijze met zijn nalatenschap om te gaan. Ook verbaast ons het feit dat de mensen alleen een monument van Boni willen onthullen, terwijl er meerdere belangrijke strijders zijn geweest die hebben gevochten voor de marrons. Ik doe niet mee met de activiteiten van 20 september en roep eenieder op om ook geen deel hiervan te zijn”, besluit granman Glunder…[+]