PARAMARIBO – Op 24 oktober wordt herdacht dat de Verenigde Naties (VN) 79 jaar geleden werd opgericht, met één centrale missie: het handhaven van internationale vrede en veiligheid. Op deze dag zullen verschillende overheidsgebouwen in Suriname symbolisch blauw verlicht worden. Dit initiatief benadrukt Suriname’s toewijding aan de waarden en doelstellingen van de VN, waaronder internationale samenwerking, vrede en veiligheid, en duurzame ontwikkeling van het land en de wereldgemeenschap.

Het Ministerie van Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwerking onderhoudt de samenwerking met de VN. Het directoraat Buitenlandse Zaken is politiek gericht, terwijl het directoraat Internationale Samenwerking vooral projectmatig werkt, inclusief de coördinatie van de Sustainable Development Goals (SDGs).
De VN heeft 193 lidstaten, die allemaal soevereine staten zijn, en is de grootste intergouvernementele organisatie. De VN-dag markeert de inwerkingtreding van het VN-Handvest in 1945 en wordt sinds 1948 herdacht. Met de ratificatie van dit oprichtingsdocument door de meerderheid van de ondertekenaars, waaronder de vijf permanente leden van de Veiligheidsraad, zijn de VN officieel tot stand gekomen. De Republiek Suriname is lid sinds 4 december 1975.
De VN is de belangrijkste internationale multilaterale organisatie en speelt een vooraanstaande rol op het gebied van de drie grote vraagstukken: internationale vrede en veiligheid, internationaal recht en mensenrechten, en duurzame ontwikkeling. Er wordt in het bijzonder de nadruk gelegd op het in stand houden en/of verdedigen van democratie en democratische instellingen, mensenrechten, handhaving van de rechtsstaat, goed bestuur, vrede en veiligheid, en de realisatie van de 2030 Agenda voor duurzame ontwikkeling.
De samenwerking tussen Suriname en de VN verloopt via het United Nations Multi Country Sustainable Development Cooperation Framework 2022-2026 en het Country Implementation Plan (CIP) 2022-2023. In de CIP zijn de projecten opgenomen die met de verschillende ministeries, de Civil Society Organizations en de ngo’s worden uitgevoerd. Het Joint-SDG Fund is een innovatief instrument om transformatieve beleidswijzigingen en strategische investeringen te stimuleren die nodig zijn om de wereld weer op het goede spoor te krijgen om de duurzame ontwikkelingsdoelen te behalen. Suriname is het enige land in de regio met vijf goedgekeurde projecten.
Met nog zeven jaar te gaan tot de deadline voor het behalen van de SDG’s in 2030, benadrukt de VN-dag 2024 het dringende belang van samenwerking op het gebied van klimaatverandering, armoedebestrijding, gendergelijkheid en het waarborgen van mensenrechten voor iedereen. Suriname, als lid van de VN, blijft zich inzetten om deze doelen te realiseren door middel van beleid en programma’s die gericht zijn op de bescherming van het milieu, de bevordering van gelijkheid en inclusieve economische groei.
Deze herdenking sluit aan bij soortgelijke activiteiten wereldwijd, waar steden en landen hun monumenten verlichten om het werk van de VN te eren en het belang van multilaterale samenwerking te onderstrepen.…[+]

PARAMARIBO – In het kader van de start van de derde editie van de Jungle Warfare and Instructors Course 2024 (JWIC) in Suriname is dinsdag een krans gelegd bij het Koreaans Oorlogsmonument aan de Waterkant. In haar toespraak benadrukte minister Krishna Mathoera van Defensie dat het nalatenschap van militairen onsterfelijk is.
“Wij zullen hen daarom blijven gedenken en eren voor hun moed en durf om onverschrokken ver van huis te beschermen en te verdedigen. Waarden die ons nu, na 70 jaar, nog bijzonder dierbaar zijn”, stelde de bewindsvrouw.
Tijdens de Koreaanse Oorlog (1950-1953) zijn in totaal 121 Nederlandse en 2 Surinaamse militairen gesneuveld. Volgens de minister zijn waarden als soevereiniteit, territoriale integriteit, vrede, veiligheid, menselijke waardigheid, zelfbeschikking, vrijheid, solidariteit en humaniteit essentieel en fundamenteel voor vreedzaam samenleven en de vooruitgang van volkeren in verschillende landen. Ook onderlinge betrekkingen, gebaseerd op respect en vertrouwen, zijn van groot belang.
Minister Mathoera is blij dat de Surinaamse defensieorganisatie zich de afgelopen periode extra heeft ingezet voor internationale samenwerking. “En dat we breed ondersteund zijn geworden door onze vrienden. En het zijn deze waarden van solidariteit en humaniteit die bijgedragen hebben aan de vorming van onze militairen en het verruimen van ons militair en logistiek potentieel. Deze capaciteitsversterking stelt ons beter in staat om onze verantwoordelijkheid, om vrede en veiligheid in eigen land op orde te hebben. Waardoor je bijdraagt aan vrede en stabiliteit in de regio en de wereld. En ik ben al onze partners zeer erkentelijk daarvoor”, aldus de minister.
Brigadegeneraal Frank Grandia, commandant van de 11 Luchtmobiele Brigade uit Nederland, gaf aan dat de militairen zich tijdens deze oorlog niet lieten leiden door angst voor het onbekende, maar klaarstonden om op te komen voor vrede en veiligheid. Hij wees erop dat de oud-strijders Wilfred van Gomm en August Hermelijn, die ook aanwezig waren op deze ceremonie, helden zijn. “Deze helden, die veteranen heten, zijn de dragers van verhalen die nooit vergeten mogen worden. Zij hebben met hun inzet en offers mede onze vrijheid mogelijk gemaakt. Ik ben blij en dankbaar dat dit monument er is, omdat we hier stil kunnen staan bij deze specifieke gebeurtenis. Dit monument gaat ook over ons, over onze gedeelde geschiedenis, over Nederland en Suriname. Landen die ver van elkaar liggen, maar ook zo enorm met elkaar vervlochten zijn. Onze militairen, onze krijgsmachten, vochten als één eenheid. Samen hebben zij bewezen dat we, wanneer het echt nodig is, elkaar altijd zullen vinden. Ik hoop ook dat we elkaar altijd zullen blijven vinden”, aldus brigadegeneraal Grandia.…[+]

PARAMARIBO – Winkelprijzen zullen vanaf vandaag omhooggaan, vanwege een verhoging van de douanekoersen met ruim 6%. Volgens een handelaar hebben zij geen andere keus dan de prijzen aan te passen. Deze koersen worden om de twee weken vastgesteld door de Centrale Bank van Suriname (CBvS) en zijn bepalend voor de winkelprijzen. Het waarnemend hoofd van de afdeling Financiële Markten van de CBvS, Sjahnaz William, heeft aan Times of Suriname laten weten dat de douanekoersen worden afgeleid van de centrale bankkoersen. Volgens de Wet Tarief Invoerrechten 1996 worden de douanekoersen tweewekelijks vastgesteld door de CBvS, op de tweede werkdag van die periode. Dit betekent dat de douanekoersen elke twee weken worden aangepast in het douane-elektronisch systeem. Williams wijst erop dat de prijzen in de winkels niet zijn gedaald, terwijl de wisselkoers en wel gedaald waren. Bovendien geeft zij aan dat ze niet zeker weet of de stijging van de douanekoersen invloed zal hebben op de winkelprijzen.
Sinds juni 2021 hanteert de CBvS een twee-puntwisselkoerssysteem. Dit houdt in dat de CBvS rapportages van banken en wisselkantoren ontvangt en deze op drie momenten van de dag verwerkt, waarna het gewogen gemiddelde wordt genoteerd en gepubliceerd. Kenneth Wong A Tsoi, hoofd Communicatie van de CBvS, legt uit dat de bank gegevens uit de financiële markt verzamelt via rapportages en op basis daarvan een gemiddelde koers berekent.
De douanekoersen, die vanaf vandaag voor de komende twee weken gelden, is van SRD 31,84 voor de USD gestegen naar SRD 33,73, en voor de euro van SRD 34,68 naar SRD 36,56. Ook de wisselkoersen bij de cambio’s en lokale banken blijven stijgen.
Met deze douanekoersen worden de aangegeven waarde en overige kosten in valuta herleid tot de Surinaamse munt. Aan de hand van deze herleiding worden de verschuldigde rechten middels het vastgestelde tarief in percentage en hun vastgestelde heffingsgrondslag verder berekend en toegepast…[+]

PARAMARIBO – De minister van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur heeft donderdag in De Nationale
Assemblee de halve waarheid verteld, dat het schoonmaakpersoneel uit luie mensen bestaat. Hij vertelt daar niet bij dat wij geen middelen hebben om het werk te doen. Dit zegt Giovanni Beek, voorzitter van de Bond Personeel van het Ministerie van Onderwijs (BPMO). Beek zegt verder dat er ook overbelasting plaatsvindt, omdat het mensen van middelbare of pensioengerechtigde leeftijd zijn. Er wordt ook met twee maten gemeten en werktevredenheid is er niet. Dit komt door de minister en een deel van zijn personeel. Een draagvlak zoeken over de rug van de minst daadkrachtige mensen binnen onze samenleving, is niet rechtvaardig. Dit wordt gedaan om met particuliere bedrijven te werken.
Verder geeft Beek aan dat er niet voldoende bewaking is, en er ook geen goede verlichting is op een deel van de scholen. Deze situatie is volgens Beek door het ministerie gecreëerd. De minister geeft aan dat er veel mensen in het bestand voorkomen, maar niet aan het werk komen. De mensen komen meestal met een formulier om zich aan te melden, maar niet alle mensen blijven want als ze zien dat dit niet voor hen is, dan gaan ze weg, omdat niet iedereen bewaker wil zijn. De data uit het databestand zijn dus niet betrouwbaar. De mannen die hun best doen om zich toch in te zetten om het werk te doen, moeten krijgen waarop ze recht hebben. De meeste scholen zijn niet verlicht, zitten onder hoog wied en de bewaking is onderbezet. Het gaat om mensen van middelbare leeftijd, die zich dan niet veilig voelen en toch de school alleen moeten bewaken. Als er voldoende bewakers zijn, gaat het veel beter. “Men heeft het werk voor deze mannen bezwaard, terwijl het voorheen om de ene dag was, waardoor ze de gelegenheid kregen om andere zaken te gaan regelen. Door de situatie die er nu is, ontstaat er gezinsontwrichting, vertelt Beek verder.
De minister moet de problemen rond de schoonmaak en bewaking eerst oplossen, voordat hij andere stappen wil ondernemen. Er zijn genoeg manieren hoe er geëvalueerd kan worden hoe particuliere bedrijven op scholen hebben gepresteerd, en dat is corruptiegevoelig.
Het kan niet zo zijn dat in de samenleving door uitspraken van een minister de mensen scheel worden aangekeken. De mensen hebben recht om te streven naar gezondheidszorg, terwijl dat geld van de kleine man wordt afgetrokken van zijn salaris. Als er maatregelen moeten worden getroffen moet dit op een correcte manier gebeuren en niet met willekeur. Dit gebeurt niet alleen in Paramaribo, maar ook in Nickerie, waarbij mensen zonder kader worden aangesteld en hiërarchie wordt gehanteerd, terwijl er gecoördineerd moet worden, want het is geen baas en slaafmodel. De BPMO wil hieraan een stop brengen…[+]