WILLEMSTAD – President Chandrikapersad Santokhi heeft zijn roep om diasporahulp uitgebreid naar Curaçao, na bot te hebben gevangen in Nederland. Tijdens zijn werkbezoek aan Curaçao heeft hij het belang van de Surinaamse diasporagemeenschap benadrukt voor het versterken van de banden tussen Suriname en Curaçao. In gesprekken met premier Gilmar Pisas, gouverneur Lucille George-Wout en leden van de Surinaamse gemeenschap werd de cruciale rol van de diaspora onderstreept voor de verdere ontwikkeling van beide landen.
De Communicatie Dienst Suriname meldt dat dinsdag het ‘Diaspora Instituut Curaçao’ officieel is gelanceerd. Dit instituut zal fungeren als het centrale aanspreekpunt voor de diaspora op Curaçao en zal de banden versterken met Suriname door nauw samen te werken met het ‘Diaspora Instituut Suriname’. Met deze samenwerking worden volgens Santokhi nieuwe kansen gecreëerd om de diaspora in beide landen actief te betrekken bij de verdere ontwikkeling van hun geboorteland en de banden tussen de gemeenschappen te verdiepen.

Bij de ontmoeting met de Surinaamse gemeenschap op Curaçao, sprak president Santokhi over de sterke historische en culturele banden tussen Suriname en de Caribische regio. “De diaspora vormt een brug tussen onze twee landen. Hun betrokkenheid, inzet en investeringen kunnen een grote bijdrage leveren aan de ontwikkeling van Suriname, vooral op gebieden zoals onderwijs, gezondheidszorg en handel”, merkte het staatshoofd op.
Ook de minister van Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwerking, Albert Ramdin, onderstreepte het belang van de diaspora: “Het succes van onze internationale samenwerking hangt sterk af van de actieve participatie van de Surinaamse gemeenschap in het buitenland. De kennis en ervaring die zij hier opdoen, kunnen van onschatbare waarde zijn voor de groei van Suriname.”
Premier Gilmar Pisas van Curaçao sprak zijn waardering uit voor de Surinaamse gemeenschap op het eiland en bevestigde dat de band met Suriname verder zal worden versterkt: “De banden tussen onze volkeren zijn diep geworteld in de geschiedenis. Samen kunnen we de toekomst vormgeven en nieuwe samenwerkingsmogelijkheden verkennen.”
De betrokkenheid van de diaspora werd verder genoemd als een katalysator voor investeringen in de Surinaamse economie, met name in opkomende sectoren zoals olie- en gasproductie, landbouw en toerisme. “Onze diaspora heeft niet alleen een emotionele band met Suriname, maar ook de middelen en het netwerk om te helpen bij het versterken van onze economie”, benadrukte president Santokhi.…[+]