Regering heeft geen haast meer met anti-corruptiewet
PARAMARIBO – In Suriname baren het gebrek aan transparantie en de talrijke corruptieschandalen grote zorgen. De Vereniging van Economisten (VES) in Suriname schrijft in haar meest recente uitgave van ‘VES Inzicht’ dat alle acties om het transparant maken van het beleid vanuit de regering uitblijven, en de haast die er bij het aantreden van de regering-Santokhi/Brunswijk was om randvoorwaarden te creëren voor het onmiddellijk in werking doen treden van de anti-corruptiewet er niet meer zijn.
“Er is een gerechtelijk vooronderzoek door het Openbaar Ministerie gelast tegen de president en twee ministers. Dat zou toch meer dan genoeg reden moeten zijn om meer haast te maken en meer transparantie in het openbaar bestuur te realiseren. Transparantie is geen gunst van politici aan de gemeenschap, maar een verplicht onderdeel van het Openbaar bestuur”, stelt de VES. De VES legt verder uit dat het vooraf vastleggen van het vermogen van de ‘Political Exposed Persons’ (PEPs) tot vandaag is uitgebleven. Er is volgens de economen geen enkele reden te bedenken, waarom de realisatie van de beloften voor transparant en integer bestuur na bijkans vier jaar nog steeds uitblijft.
“De regering is in gebreke gebleven om een commissie in te stellen voor de inventarisatie van illegale of duistere handelingen, corruptieonderzoek en terughalen van corruptiegelden, in samenwerking met het Openbaar Ministerie en met de steun van internationale instellingen. Deze en andere maatregelen zouden moeten worden getroffen in de context van de ‘National Risk Assessment’.
Het wijzigen van de Wet vervolging (voormalige) ambtsdragers, zodat ze te allen tijde ter verantwoording geroepen kunnen worden, ook al zou dat door de rechterlijke macht geschieden, blijft ook uit en het instellen van een ethische code voor ambtenaren en staatsdiensten, terwijl de richtlijnen casu quo wetgeving waaraan contracten moeten voldoen zullen worden bijgesteld en aangescherpt is ook nog niet in place gebracht. Voor de economenorganisatie blijft het een grote vraag waarom de regering geen prioriteit meer geeft aan de anti-corruptiewet en het geven van transparantie aan het volk.”…[+]