Verdachten Pikin Saron-case betwisten delen van hun bij de politie afgelegde verklaringen

PARAMARIBO – Rechter Duncan Nanhoe heeft gisteren de verdachten in de Pikin Saron-case gehoord. Jozua H., Jhonatan A. en Rodney M. beweren dat delen van hun verklaringen bij de politie niet kloppen. Daarom zullen de verbalisanten als getuigen worden opgeroepen.

Verdachte Jozua H. vertelt dat hij zijn verklaring bij de politie heeft ondertekend zonder diete lezen. Hij weet niet dat er gesproken is over het verbranden van trucks van de Stichting Bosbeheer en Bostoezicht (SBB). Het klopt ook niet dat hij op de hoogte was dat er twee handgranaten bij Ivanildo Dijksteel waren. Hij werd gedwongen om deel te nemen aan een protestactie in opdracht van Dijksteel, waarbij hij bedreigd werd. Hij beweerde bij de politie dat Dijksteel gericht op de politie schoot, terwijl hij een handgranaat vasthield. De leiding lag bij Dijksteel, die Jozua H. wees hoe hij een wapen moest hanteren. De verdachte beweerde bij de politie dat Dijksteel de trucks in brand stak. Hij zag ook dat medewerkers van Grassalco werden mishandeld. Hij heeft niet gezien dat zijn medeverdachten in de beklaagdenbank strafbare handelingen hebben verricht. Zijn medeverdachte Mitchel B. beweert dat hij de weg naar Pikin Saron barricadeerde, omdat hij zijn mening wilde geven. Hij is afkomstig uit Bernarddorp, niet uit Pikin Saron.

Jhonatan A. legt uit dat zijn verklaring bij de politie deels niet klopt. Volgens hem heeft de politie bezwarende verklaringen in het dossier opgenomen. Hij kreeg voor het protest een wapen zonder kogels. Hij zag mannen vrachtwagens van SBB in brand steken, evenals een dienstwoning van de politie. Hij heeft zelf mensen onder schot gehouden; dit deed hij onder dwang. Er was afgesproken om de gegijzelde persoon in Bigi Poika te doden. Hij beschouwt Dijksteel als een van de leiders van de protestactie, die ook financierde. Hij noemde de namen van de personen die de vrachtwagens in brand staken en degenen die de slachtoffers hadden gegijzeld. Rodney M. vertelt dat zijn verklaring bij de politie niet klopt. Hij beweerde samen met anderen betrokken te zijn geweest bij het gijzelen van enkele personen en het vernielen van gebouwen in Pikin Saron. Een politieagent herkende Rodney M. als de persoon die zijn tas, waarin een dienstwapen zat, afpakte en op hem schoot. Rodney M. verklaarde later tegenover de rechter-commissaris dat hij met vijftien personen in opstand kwam. Hij beweert dat hij niet kan lezen en daarom zijn verklaring niet heeft gelezen. Hij zal het incident nooit vergeten en wilde alleen goud winnen in het gebied zonder anderen te schaden.

Activist Guilliano Z. ontkent dat hij een telefoon heeft vernield. Een persoon verklaarde dat Guilliano Z. een telefoon bij hem wegnam en kapotmaakte. Guilliano Z. was gewapend met een jachtgeweer. Hij beweerde dat hij een vuurwapen kreeg van ene Fin Zapat van Bernarddorp, maar dit niet heeft gebruikt. Hij gaf het wapen terug en vluchtte in een dienstauto van SBB, omdat hij bang was. Hij heeft niet geschoten op woningen en heeft ook geen vrachtwagens in brand gestoken. Hij meldde zich bij Colakreek bij de politie, omdat hij een eerlijk proces wilde, nadat zijn oom, Martinus Wolfjager, die zich had overgegeven aan de politie, was doodgeschoten.

Martin M. verklaart dat hij sinds maart in Atjoni was, maar terugkeerde naar het gebied toen hij hoorde dat zijn broer Rodney M. was geschoten. Hij was niet in Pikin Saron op 2 mei. Hij werd op 3 november gearresteerd. Martin M. beweert dat hij voor een ondernemer werkte, maar die beweerde dat hij pas na de rellen in het gebied kwam om te werken.

WJ…[+]