Tarievencommissie: “IMF moet zich niet achter regering verschuilen”
PARAMARIBO – De EBS Tarieven Commissie (ETC) uit stevige kritiek op de uitspraken van Anastacia Guscina, die leiding gaf aan de IMF staff-missie in Suriname, met betrekking tot de stroomtarieven en de wijze waarop Suriname, vooral in het afgelopen jaar, is omgegaan met de tariefverhogingen. In een open brief aan het Internationaal Monetair Fonds (IMF) roept de ETC op tot meer transparantie en waarschuwt dat het IMF zich niet moet verschuilen achter de regering, terwijl de regering hetzelfde doet ten opzichte van het IMF. Guscina verklaarde dat regeringsleden eerder dit jaar hoopten op regen om het stuwmeer in Afobaka te vullen, zodat de EBS goedkopere stroom kon produceren.
Zij bekritiseerde de onderhandelingen over nieuwe prijsberekeningen en suggereerde dat bidden voor regen geen effectief overheidsbeleid is. De ETC reageert fel op deze opmerkingen en stelt dat dergelijke uitspraken niet zonder weerwoord mogen blijven, omdat ze een eigen leven kunnen gaan leiden. In haar brief benadrukt de ETC dat er in Suriname niet gebeden wordt om regen, maar dat er eisen worden gesteld om alle extra kosten die door Staatsolie, SPCS, EBS en de regering aan het energietarief worden toegevoegd, te verwijderen. Dit zou ervoor zorgen dat de werkelijke kostprijs bekend wordt en dat de overheid alleen subsidieert waar het nodig is. Ze benadrukt ook dat het verbranden van Heavy Fuel Oil zonder noodzaak de staat Suriname al meer dan USD 12 miljoen heeft gekost.
De ETC suggereert dat er een spel wordt gespeeld door de regering in samenwerking met het IMF, ten koste van het volk. Ze roept het IMF op om zijn standpunten te onderbouwen en samen met de regering openheid te geven, zodat er een eerlijke en transparante discussie kan plaatsvinden.
Verder stelt de ETC in haar brief dat het experimentele subsidiebeleid dat sinds 2021 wordt gehanteerd, volledig is mislukt. Ze wijst erop dat alle extra kosten ook na 2023 nog steeds deel uitmaken van het tarief. De ETC roept op tot verantwoordelijkheid van de accountants van Staatsolie, SPCS, EBS, de regering, de raden van commissarissen van deze NV’s, en de aandeelhouders die de geconsolideerde jaarverslagen goedkeuren.
Ze concludeert dat de staat Suriname, de klanten van de EBS en de burgers ernstig worden benadeeld, aangezien de overheid 30% van de EBS-facturen niet betaalt, terwijl deze wel worden meegenomen in de tariefberekening. De recente tariefstaffel en het subsidiemodel hebben volgens de ETC meer chaos gecreëerd en de uitbuiting van de Surinaamse samenleving voortgezet, wat het concurrentievermogen van Surinaamse bedrijven ondermijnt…[+]