zonder enige afhankelijkheid van fossiele brandstoffen of generatoren. Dit maakt Kabalebo het enige natuurhotel zo ver in het zuiden van het land met een dergelijke opstelling.

De installatie kan 500 kWh aan energie opslaan, wat voldoende is om het gehele complex twee dagen van stroom te voorzien zonder zonlicht. De zonnepanelen hebben een levensduur van 25 jaar en de batterijen zijn goed voor minimaal tien jaar gebruik.

Karel Dawson, die verantwoordelijk is voor de uitvoering van dit project, zegt dat dit nodig was vanwege

de afgelegen ligging van Kabalebo, waar onderdelen en onderhoud alleen per vliegtuig kunnen worden

geleverd, wat hoge kosten met zich meebrengt. Het project heeft een prijskaartje van ongeveer USD 400

duizend. Dawson benadrukte dat deze investering binnen zeven jaar wordt terugverdiend, voornamelijk

doordat het resort nu volledig onafhankelijk is van dure brandstof voor generatoren.

Het model van Kabalebo is gericht op een exclusieve markt van milieubewuste reizigers. Het resort in Kabalebo mikt bewust op een beperkt aantal van 1500 toeristen per jaar, om massatoerisme en ecologische schade te voorkomen. Deze exclusieve benadering trekt vooral milieubewuste reizigers aan, wat een positieve invloed heeft op het imago van Suriname als eco-toerismebestemming.

Het zonne-energieproject draagt bij aan de Green Development Strategy van de Surinaamse regering, die gericht is op duurzaamheid en hernieuwbare energiebronnen zoals zonne-energie, windenergie, biomassa en waterstof. President Chandrikapersad Santokhi, die zaterdag voor de opening van de zonne-energiecentrale naar Kabalebo afreisde, benadrukte dat Suriname hiermee haar carbon-negatieve status versterkt en zich op de kaart zet als duurzame toeristische bestemming.

President Santokhi benadrukte tijdens de lancering van de zonne-energiecentrale dat de overheid haar

deel doet door dorpen te voorzien van zonne-energie. Hij riep echter ook op tot meer particuliere initiatieven om zonne-energie op grotere schaal te implementeren, niet alleen in het binnenland, maar ook in Paramaribo en omliggende gebieden. Een belangrijke uitdaging hierbij is het vinden van ruimte voor zonnepanelen in stedelijke gebieden. Santokhi suggereerde dat daken van woningen hiervoor gebruikt kunnen worden, waarbij bewoners overtollige energie kunnen verkopen aan de NV Energiebedrijven Suriname. Dit vereist echter een goed gereguleerde infrastructuur voor het terugleveren van energie aan het net.