Dat concludeert een internationale groep onderzoekers na berekeningen. Volgens hen hebben de supernova’s ozon uit de dampkring gehaald, waardoor zure regen viel en leven op aarde werd blootgesteld aan schadelijke straling van de zon.

De aarde heeft vijf periodes gehad waarin dieren en planten massaal uitstierven. Twee daarvan worden door de onderzoekers toegeschreven aan supernova’s. De eerste ’massa-extinctie’ gebeurde 445 miljoen jaar geleden. Ongeveer 60 procent van alle ongewervelde zeedieren overleed daarbij. Dit had grote gevolgen, omdat verreweg de meeste dieren toen in zee leefden. Op land kwam nog nauwelijks leven voor. Bij de tweede ’massa-extinctie’, 372 miljoen jaar geleden, stierf ongeveer 70 procent van alle diersoorten.

Om de mogelijke bron van de beide periodes van uitsterven te vinden, hebben de onderzoekers alle sterren en restanten binnen 65 lichtjaar afstand van de aarde in kaart gebracht. Vervolgens hebben ze berekend wanneer sterren zijn geëxplodeerd, en dat kwam overeen met de massa-extincties.

Het leven op aarde heeft nu weinig te vrezen van sterren, benadrukken de onderzoekers. Binnen de komende miljoen jaar zouden twee sterren kunnen ontploffen, namelijk Antares en Betelgeuse, maar die staan veel te ver weg om de aarde te kunnen treffen. (De Telegraaf)