PARAMARIBO - De kantonrechter zal op 9 april een beslissing nemen over het verzoek van de raadsman tot invrijheidstelling van C.L. Deze verdachte, die voorganger is bij een religieuze gemeente, wordt zedenmisdrijf verweten.
Op 12 maart werd de behandeling van de strafzaak tegen de verdachte C.L. voortgezet door de kantonrechter.
Het misdrijf is volgens de vervolging gepleegd jegens een lid van een andere gemeente. De zaak stond voor getuigenverhoor. Een getuige die op een eerdere zitting reeds was verhoord, is nader verhoord. Vervolgens heeft het verdachtenverhoor plaatsgevonden. De raadsman van de verdachte deed een verzoek tot invrijheidsstelling van de verdachte.
De officier van justitie vroeg de kantonrechter om niet mee te gaan met het verzoek. Op 9 april zal de kantonrechter een beslissing nemen over het verzoek van de raadsman tot invrijheidstelling van de verdachte. Tevens zal de officier van justitie op die dag het requisitoir houden. Daarbij zal de officier aangeven of er voldoende bewijs is voor hetgeen de verdachte verweten wordt. Indien de officier van mening is dat er voldoende bewijs is, moet die aangeven wat de bewijzen zijn en welke straf wordt voorgesteld door de vervolging.