PARAMARIBO – De rechter heeft ook in hoger beroep beslist dat het Nationale Ontwikkelings Platform (NOP) niet kan deelnemen aan de verkiezingen.
In de uitspraak van de rechter staat dat in de Kiesregeling de genoemde termijn voor registratie van politieke partijen bij het Centraal Hoofdstembureau (CHS) dwingend is voorgeschreven en een fatale termijn betreft. Alleen in zeer uitzonderlijke gevallen zou van die termijn afgeweken mogen worden, echter was in dit geval daar geen sprake van. Op basis hiervan vindt de rechter dat het besluit van CHS overeind staat om NOP niet verder toe te laten.
“Uit het relaas van NOP en uit de in het dossier aanwezige stukken, blijkt dat de omstandigheden die hebben geleid tot de late aanmelding voor registratie, allemaal binnen de invloedsfeer van het NOP vielen en waren de gevolgen derhalve daarvan ook voor haar rekening. Het Hof overwoog, dat ook is gebleken dat NOP bij haar aanmelding bij het CHS om 15.05 uur op 24 februari 2025, toen ook nog niet beschikte over het vereiste bewijs van storting van de borgsom, omdat de borgsom nog niet was gestort en waren de documenten toen dus ook niet compleet. Tenslotte is het volgens het Hof van Justitie ook niet gebleken dat de Staat zich op enig moment schuldig heeft gemaakt aan onrechtmatig handelen in de procedure die door het NOP is gevolgd bij de voorbereidingen om zich te registreren”, staat in het vonnis van de rechter.
Op 25 maart 2025 heeft het Hof van Justitie in hoger beroep uitspraak gedaan in de kort gedingzaak van het Nationale Ontwikkelings Platform (NOP) tegen de Staat Suriname.