PARAMARIBO — Hoewel Suriname erin slaagt om tot eind mei aan zijn binnen- en buitenlandse schuldverplichtingen te voldoen, is het volstrekt onduidelijk hoe de regering daarna verder moet.
Minister van Financiën en Planning, Stanley Raghoebarsing, zegt dat er voor de tweede helft van het jaar nog geen financiële dekking is voor aankomende schuldbetalingen. “Daarover wordt elke dag nagedacht op Financiën,” zegt hij.
De uitspraken van de minister benadrukken de fragiele positie waarin Suriname zich nog steeds bevindt. Ondanks een recente storting van USD 44,65 miljoen van het Internationaal Monetair Fonds (IMF) als onderdeel van de negende review, is dit bedrag al volledig gereserveerd voor schuldbetalingen over april en mei. In deze maanden moet de overheid respectievelijk USD 28,9 miljoen en USD 17,4 miljoen betalen aan voornamelijk buitenlandse schuldeisers — samen meer dan het ontvangen IMF-bedrag.
Daarbovenop komen aanzienlijke binnenlandse verplichtingen in Surinaamse dollars: SRD 51,4 miljoen in april en SRD 38,8 miljoen in mei. “Dat is bij elkaar ruim SRD 90 miljoen,” aldus Raghoebarsing. Ook moet er SRD 600 miljoen aan de Centrale Bank van Suriname worden terugbetaald. “Ik weet nog niet hoe we dat gaan voldoen, maar we gaan het moeten betalen,” gaf de minister eerlijk toe.
De situatie is precair: bij het niet nakomen van buitenlandse verplichtingen komt het land direct in ‘default’, wat de kredietwaardigheid onmiddellijk schaadt. “Dat betekent directe verlaging van onze credit ratings,” waarschuwt de minister. Daarmee zou de toegang tot buitenlandse financiering nog moeilijker worden. Naast de USD- en SRD-schulden, zijn er ook verplichtingen in euro’s: 1,8 miljoen in april en 0,3 miljoen in mei. Hoewel dit relatief lage bedragen zijn, vormen ze een extra druk op de toch al krappe staatskas.
Raghoebarsing erkende dat de storting van het IMF geen structurele oplossing biedt. “Deze middelen lossen de problemen niet op.” “Ze zijn enkel genoeg om enkele maanden vooruit te kunnen.” Voor de periode na mei is er echter nog geen zicht op hoe nieuwe betalingen zullen worden gedekt. Het ministerie bekijkt dagelijks mogelijke oplossingen, maar concrete maatregelen blijven vooralsnog uit.
Desondanks benadrukte de minister dat Suriname tot nu toe trouw zijn verplichtingen is nagekomen. “Mensen zeggen: we betalen geen schulden, maar we betalen wel.” Grote bedragen. En dat zullen we blijven doen.” Hij riep op tot voorzichtigheid en discipline. “We zijn ver gekomen als land, maar we zijn er nog niet.” “Stap voor stap moeten we vooruit blijven gaan.”