VS – Donald Trump heeft zijn overwinning bij de Amerikaanse presidentsverkiezingen deels te danken aan zwarte mannen en latino’s, die vaker op hem stemden dan de vorige keer. Ook onder lageropgeleiden, jonge vrouwen en jonge mannen deed hij het relatief beter.
De precieze en volledige kiezersdata komt pas over enkele weken naar buiten, als alle stemmen geteld en verwerkt zijn. Maar uit deze eerste cijfers, die dus licht zullen afwijken van de werkelijkheid, valt in ieder geval een trend te ontwaren. En die is dat Trump haast bij elke te bedenken kiezersgroep heeft gewonnen ten opzichte van de verkiezingen in 2020. Volgens voorlopige resultaten heeft Trump 295 en Harris 226 kiesmannen behaald.
Met een vrouwelijke presidentskandidaat enerzijds en anderzijds een veroordeelde die een pornoster zwijggeld betaalde en dankzij wiens benoemingen in het Hooggerechtshof het grondwettelijke abortusrecht werd herroepen, wekt het geen verbazing dat er deze verkiezingen een genderkloof te bespeuren is. Ja, vrouwen stemden vaker op Harris dan op Trump (53 versus 45 procent). Maar wat opvalt als we in oudere cijfers van AP duiken: dat verschilt niet significant van de tweedeling in 2016, toen Hillary Clinton tegenover Trump stond. Dat terwijl er déze verkiezingen, anders dan in 2016, veel te doen was om het abortusrecht. Sterker: Biden kreeg in 2020 een gróter aandeel van de vrouwelijke stem dan Harris nu. Daarbij stemde de meerderheid van de witte vrouwen op Donald Trump: 53 procent.
Een conclusie die we wel kunnen trekken, is dat de tactiek van de Republikeinen slaagde om jonge, witte mannen die weinig politiek geëngageerd zijn aan te spreken met hun offensief in rechtse podcasts. Zowel Trump als Vance schoof aan bij de immens goed beluisterde podcast van Joe Rogan, en daarnaast zaten ze in tal van andere nichepodcasts. Allemaal met een duidelijk afgebakende doelgroep. Dat lijkt inderdaad succes te hebben gehad om deze jongeren vanachter hun beeldschermen vandaan richting stembus te krijgen.
Stemde in 2020 nog 45 procent van de mannen in de leeftijdsgroep van 18-44 jaar voor Trump, in 2024 heeft hij dat opgekrikt tot 52 procent. Trump haalde bovendien 60 procent van de witte mannenstem, tegen 24 procent van de zwarte mannenstem, en 47 procent van de latino-mannenstem.
De groep waaronder Harris het overduidelijk beter heeft gedaan: zwarte vrouwen. Hiervan stemde 89 procent voor Kamala Harris, tegen 9 procent voor Trump, meldt AP. Sowieso stemden zwarte Amerikanen massaal voor Harris, hoewel dit smaldeel wel kleiner werd ten opzichte van vier jaar geleden. Toen stemde nog ruwweg 91 procent van de zwarte Amerikanen volgens de vergelijkbare exitpolls van AP op Biden, nu meldt AP 83 procent.
Volgens een exitpolls van Emerson/Reuters en die van NBC is dit aantal overigens 85 procent, maar de relatieve steun voor de Democratische kandidaat loopt duidelijk terug. Trump snoept dus verhoudingsgewijs zwarte stemmen van de Democraten af.
Dat komt dus door de teruglopende steun voor de Democraat onder zwarte mannen, van wie overigens nog altijd een overgrote meerderheid – 74 procent – op Harris stemde. Dat Harris er minder goed voor stond bij zwarte mannen hadden de Democraten vooraf trouwens al door; daarom brachten ze oud-president Barack Obama in stelling om zwarte mannen te vertellen dat het heus geen schande is om een vrouw als leider te hebben. Dan is er veel gezegd over de latino-stem. Nu stemt een aanzienlijke minderheid van deze groep traditioneel al vaak op een Republikein, maar Trump heeft onder deze groep grote stappen gezet. Dit jaar stemde 56 procent voor Harris, en 42 procent voor Trump. Maar kijk eens naar 2020, toen Biden ook al zijn best moest doen om latino’s tebereiken: 63 procent van deze groep stemde toen nog op de Democraten, een fors groter deel dus.
Naast de man-vrouwverdeling is er nog een duidelijk electorale scheidslijn in de Verenigde Staten: die van opleidingsniveau. Het verschil tussen hoogopgeleiden – met een ‘college degree’, hier te vertalen als een graad in het hoger onderwijs – en laagopgeleiden die op Harris stemden, is 13 procentpunt. Bij Trump is dit verschil vergelijkbaar, maar precies omgekeerd: 55 procent van de laagopgeleiden stemde op Trump, 43 procent op Harris. Wat opvalt als de cijfers van 2020 ernaast worden gelegd, is dat Trump dit keer verhoudingsgewijs meer laagopgeleiden aantrok dan destijds. Harris verliest hier juist, wat ze niet goed heeft weten te maken onder de hoogopgeleiden, wat overigens met 44 procent ook een minder groot deel van het electoraat is. Ook daar levert ze 2 procentpunt in bij Trump, ten opzichte van Biden. (Trouw)…[+]