Dubois mist wettige bewijsmiddelen Pikin Saron-zaak
PARAMARIBO – Advocaat Murwin Dubois mist wettige bewijsmiddelen in de strafzaak Pikin Saron, waarin Guillano Z., Rodney M., Jozua H., Jhonatan A., Martin M. en Mitchel B. als verdachten zijn aangemerkt. Volgens hem is de vervolgingsambtenaar in zijn requisitoir en repliek niet verder gekomen dan het houden van een sentimenteel relaas, dat niet gestoeld is op de geldende regels van het bewijsrecht. Deze zaak is vrijdag weer behandeld.
“Na de voordracht van het requisitoir en/of de repliek is het evident dat er geen wettige bewijsmiddelen zijn aangedragen die overtuigend bewijzen dat en hoe elk van de zes verdachten invulling heeft gegeven aan de delictsbestanddelen van de hen ten laste gelegde feiten. De vervolgingsambtenaar heeft slechts volstaan met een zeer algemeen relaas waarmee hij aangeeft dat hij van oordeel is dat de heren een straf opgelegd zouden moeten krijgen”, geeft Dubois aan. Naar het oordeel van de raadsman is dat geen straf- en strafprocesrecht. Het Openbaar Ministerie heeft de verdachten een aantal strafbare feiten ten laste gelegd die elk een delictsomschrijving hebben. “Elke delictsomschrijving bestaat uit bestanddelen die de vervolgingsambtenaar hier ter terechtzitting overtuigend had moeten bewijzen met wettige bewijsmiddelen. Nu dat niet heeft plaatsgevonden, is het hier ter terechtzitting ook niet komen vast te staan dat de verdachten de bestanddelen van die delictsomschrijvingen hebben vervuld en dat zij aldus de hen ten laste gelegde feiten hebben begaan”, benadrukt de raadsman.
Het is voor Dubois evident dat de vervolgingsambtenaar ook bij repliek gefaald heeft om expliciet aan te tonen waar in het requisitoir elk van de tweeënveertig bewijsmiddelen is uitgewerkt. Daarom is hij de mening toegedaan dat de rechter als onafhankelijke en onpartijdige magistraat de bevoegdheid mist om zelf in te vullen welk ten laste gelegd feit de vervolgingsambtenaar bewezen heeft geacht op basis van welk in de annex van het requisitoir opgesomd bewijsmiddel. “Indien u ertoe overgaat de bewijsopdracht van de vervolgingsambtenaar te completeren, tast u met die handeling – die niet op het recht steunt – onweerlegbaar uw onpartijdigheid aan en daarmee ook het recht van de verdachten op een eerlijk proces. De annex die de vervolgingsambtenaar een lijst van bewijsmiddelen noemt, is slechts een reproductie van delen van het strafdossier dat voorafgaand aan het onderzoek ter terechtzitting was samengesteld. Aan die opsomming van documenten heeft de vervolgingsambtenaar geen concrete, aantoonbare toepassing gegeven in het requisitoir”, aldus Dubois.
WJ…[+]