Regering wil consulaire bijstand bieden aan 19-jarige Surinamer in Syrische gevangenis
PARAMARIBO – De regering van Suriname overweegt consulaire bijstand te verlenen aan de 19-jarige Stefan Uiterloo, die gevangen zit in een Syrische gevangenis. Deze Surinamer verblijft sinds zijn 14e in de zwaarbewaakte Panorama-gevangenis in Syrië, waar personen vastgehouden worden die vermoedelijke banden hebben met de terroristische groepering Islamitische Staat in Irak en al-Sham (ISIS).
Minister Albert Ramdin van Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwerking verklaarde gisteren voor aanvang van de Raad van Ministers vergadering dat deze zaak zijn aandacht heeft. Nadat recent bekend werd dat deze jongeman nog steeds vastzit, heeft het ministerie geprobeerd meer informatie over deze zaak te verkrijgen. In eerste instantie was bijvoorbeeld niet duidelijk wie de vader van de jongen is en hoe hij in het buitenland beland is.
Ramdin heeft inmiddels bevestigd gekregen dat Uiterloo op 11-jarige leeftijd door zijn moeder en andere personen naar het buitenland is meegenomen. De minister benadrukt dat de jongeman in het buitenland radicaliseerde, wat deze zaak zeer gevoelig maakt. Niet alle details kunnen openbaar besproken worden.
Het ministerie heeft vastgesteld wie de vader van de 19-jarige jongen is. Omdat het hier om een Surinaamse staatsburger gaat, wordt nu onderzocht hoe consulaire hulp verleend kan worden. “Het bespreken van privéaangelegenheden van individuen is vervelend. We hebben via onze ambassade in Brazilië geprobeerd meer informatie over deze jongeman te verkrijgen. Het is niet gemakkelijk, maar we gaan door. Indien de omstandigheden het toelaten, kan een missie uit Parijs of Marokko consulaire besprekingen voeren. We blijven de zaak nauwlettend volgen”, aldus de minister.
Minister Ramdin doet een beroep op Surinamers om zich niet bezig te houden met illegale praktijken. Hij merkt op dat veel Surinamers in het buitenland nog steeds worden gearresteerd voor druggerelateerde zaken en gesjoemel met visumzaken, wat de reputatie van Suriname schaadt. Hij benadrukt echter dat zijn ministerie niet kan interveniëren in buitenlandse justitiële onderzoeken of processen, ondanks de noodzaak om op de hoogte te blijven van Surinamers die vastzitten in buitenlandse gevangenissen…[+]